De Bijbel is een diepzinnig boek vol geheimen. Als je het woord op de juiste manier leest, niet het verhaal als belangrijkste maar haar boodschap, gaat het Woord zich openbaren. Wij lezen meestal niet wat er staat.

donderdag 4 december 2008

DE HEER IS MIJN LICHT

psalm 27
De Heer is mijn licht, mijn behoud,
wie zou ik vrezen?
Bij de Heer is mijn leven veilig,
voor wie zou ik bang zijn?
Ik vraag aan de Heer één ding,
het enige wat ik verlang:
wonen in het huis van de Heer
alle dagen van mijn leven,
om de liefde van de Heer te aanschouwen,
Hem te ontmoeten in zijn tempel.
Mag ik niet verwachten
de goedheid van de Heer te zien
in het land van de levenden?
Wacht op de Heer,
wees dapper en vastberaden,
ja, wacht op de Heer.


Een psalm voor zovelen een troost en hoop bij angst, ook bij de mijne.
Zeker willen wij de Heer aanschouwen en zijn goedheid zien in het land van de levenden.
Waar is het land van de levenden?
In mijn hart ik weet het, vrij gemaakt van alle vreemde volken en vijanden.
God gaat vooruit in de strijd ook dat weet ik.
Dapper en vast beraden zijn zegt de Heer, maar ook daar is kracht en hulp voor nodig.
Ja, wacht op de Heer, moet nu denken aan moeder Maria die de Heer verwachte, meerdere vrouwen in de bijbel verwachte de Heer, maar ik denk dat het beeldspraak is, de Heer verwachten zoals wij allemaal op Hem wachten, totdat Hij opstaat in ons, wanneer wij opstaan uit de dode of ontwaken uit die boosaardige illusie, denken dat er geen God is ofte wel dat Hij het is die dit alles geschapen heeft.
De Heer werwachten is toegewijd zijn alleen aan Hem, dat is de voorwaarde om te mogen leven in Zijn huis, maar oh dat is moeilijk, maar bereidheidheid is al een goede voorwaarde.
Ik kan niet meer doen dan vol verwachting zijn van Mijn Heer.
Nu weten we ook wat we met het hemelse in verwachting zijn van de Heer, hier op aarde met beelden gemaakt hebben.
Maar ook een man kan in verwachting zijn van de Heer, man en vrouw zijn èèn, God schiep man en vrouw als èèn, geen twee maar èèn.
Wanneer de Heer geboren wordt is, leeft Hij en niet meer het ik, het ik is het vreemde volk of ego dat al Gods Heilige steden zelfs Zijn hele land heeft ingenomen wat ons erfgoed is.
Vol vreugde, voorspoed, geluk, dat is in Zijn huis
ZO lang wij er nog niet vertoeven verblijven we in een een tranendal, wat natuurlijk niet hoeft, maar het is er nog voor zovelen.
God help ons, dat het lied kan weerklinken in Juda.
Schijn Heer, schijn alle duisternis weg.
Schijn Heer dat ik samen mag zijn met het licht wat bij mij hoort!

Annie

0 reacties:

Een reactie posten

Aanmelden bij Reacties posten [Atom]

<< Homepage